Juli 2024.
Nyad, Young Woman and the Sea, Adrift, All is Lost en het Tuindorpbad in Hengelo. Middenin mijn bore-out ben ik blijkbaar aanbeland bij de Z van zwemmen en de S van survivalmovies…
Jarenlang had ik een beproefd recept voor als ik eraf lag: Tom Cruise. Ik deed de gordijnen dicht, sloot de wereld buiten en zette een van de Mission Impossible films op. Tot vorig jaar. Ik merkte dat het niet meer werkte. Ik had geen zin meer in Mission Impossible. Ik had ook geen zin meer in Tenet, Interstellar, of in een van de andere films van mijn feelgood-lijstje dat me toch jaren- en jarenlang prima had gediend. Er was dus iets veranderd. Maar wat, dat was onduidelijk. Bleef ik nog steeds achter, bored out of my skull, geen energie en behoorlijk hopeloos nu mijn laatste reddingsboei het niet meer deed.
Reddingsboei. Ineens moest ik denken aan een ander favoriet genre: de survivalmovie. Ik heb er een behoorlijke verzameling van aangelegd, van apocalyptisch als 2012 en Day after Tomorrow, tot overleven temidden van de elementen als Arctic en dus Adrift. Shailene Woodley kan in mijn ogen niets verkeerds doen, dus ik neem de mierzoete troep met Sam Claflin (die ik dan weer bijna overal verschrikkelijk in vind…) voor lief.
Na het kijken voelde ik me een stuk beter en daar voelde ik me dan weer een stuk slechter door. Blijkbaar was het erger met me gesteld dan ik dacht. Ik kon zoveel inspiratie halen uit een gevecht van een vrouw op leven en dood, dat dat mijns inziens aangaf dat het met mij niet al te rooskleurig gesteld was. De takeaway van Adrift was helder: als het je helpt om de moed niet te verliezen, dan is je dingen verbeelden een prima optie. Verzin iets dat je helpt om niet op te geven.
Na Adrift dacht ik: als dit werkt, dan werkt een andere survivalmovie misschien ook wel? Om niet teveel change of scenery toe te passen koos ik voor All is Lost, de volgende survivalfilm op mijn alfabetisch gesorteerde lijst, waarin Robert Redford – our man – met zijn zeilboot op een losgeslagen container vaart waardoor zowel zijn navigatiesystemen als zijn boot kapot gaat en hij vervolgens (natuurlijk) in een zeer zware storm terechtkomt. Ondanks dat de titel anders doet vermoeden, overleeft our man alle ellende die de zee zijn kant op slingert, al moet hij daarvoor wel eerst echt bijna doodgaan. Hoe dan ook, van All is Lost leerde ik dat je niet in paniek moet raken, wat er ook gebeurt en dat je elke dag opnieuw doet wat je kunt.
Ook dat gaf me kracht. Een man in de herfst van zijn leven zo fysiek bezig te zien, vindingrijk en creatief en zonder iemand om op terug te vallen, gaf me inspiratie en doorzettingsvermogen. Ik ben niet op zee, ik heb geen honger en ik kijk de dood niet dagelijks in de ogen. Het komt wel goed.
Toen ontdekte ik Nyad. Een film over een zwemster van boven de zestig die van Florida naar Cuba wil zwemmen. Omdat het kan. Omdat zij voelt dat het haar lotsbestemming is en omdat ze wil bewijzen dat vrouwen van zestig tot alles in staat zijn en niet afgeschreven dienen te worden. Ze traint zich suf, drijft haar team tot wanhoop, bezwijkt bijna aan een extreem giftige kwallenaanval, faalt drie keer, maar blijft doorgaan. Of in haar eigen woorden: ik geloof niet in opgeven en ‘it’s all in the mind’ (waarop haar coach doodleuk reageert met ‘Je zwemt niet met je hoofd naar Cuba’). Zoveel vertrouwen in en zoveel verbinding met je eigen kunnen, het gaf me voor het eerst sinds zeer lange tijd weer het gevoel dat alles mogelijk is. Als je ergens in gelooft en ervoor wil gaan en besluit om niet op te geven, ook niet als je honderd keer ‘nee’ hoort, dan is er altijd een kans van slagen.
Als laatste keek ik Young Woman and the Sea. Een biografie over Trudy Ederly, de Amerikaanse zwemster en Olympisch atlete die als eerste vrouw het Kanaal overzwom. Veel van wat er in Nyad aan de orde kwam, zag ik ook hier: doorzettingsvermogen, onverzettelijkheid, passie op het obsessieve af. Maar hier kwam nog iets bij – en misschien was het vanwege Disney, maar dat neem ik dan op de koop toe – namelijk dat als je de sprong waagt en het daadwerkelijk doet, je hulp kunt verwachten van anderen. Het zijn zeer waarschijnlijk niet de mensen van wie je het verwacht, maar er zullen mensen opstaan die je willen helpen. De kunst is dan die hulp uit onverwachte hoek aan te nemen en het verdriet en de frustratie over uitgebleven hulp uit verwachte hoek te laten voor wat het is.
Na het zien van al deze films durfde ik het aan om in mijn eentje het Tuindorpbad in Hengelo uit te proberen. Om een rondje te zwemmen langs de boeien, rond het eiland en de kijken of ik nog net zo snel kan zwemmen als vroeger. Het antwoord is ja. En een ander resultaat was hoeveel energie ik krijg van fysieke inspanning. De Z van zwemmen dus. Die houden we erin, zolang de zomer duurt en dan eens kijken hoe de vlag erbij hangt als mijn zo geliefde 1 september zich aandient.
Leave a Reply